Schijndel - Gilde Sint Catharina en Barbara - een cultuurhistorische vereniging die van oorsprong stamt uit 1450 en na enige jaren slapende te zijn geweest, werd heropgericht in 1979 - beleefde een zeer druk weekend. Zaterdag 23 juni was er de “open dag” waar veel belangstellende op af kwamen. Zondag 24 juni was er de jaarlijkse Landjonkers dag. Dit allemaal bij en op de nieuwe accommodatie aan de Rooiseheide. De “open dag” werd geopend door burgemeester Van Rooij die zeer enthousiast enkele keren schoot met de kruisboog. De jaarlijkse en traditionele Landjonkers dag werd aangevangen met een H. mis in de St. Servatiuskerk waarna gezamenlijk werd vertrokken naar de accommodatie aan de Rooiseheide. De nog regende Landjonker – Ria van Heesch - stond de gildebroeders, -zusters voorafgaande aan de lunch op te wachten met brandewijn.
Daarna gingen de gildebroeders en –zusters tijdens het “Jeu de Boules toernooi” met elkaar de strijd aan om de titels van Landjonker, Heerboer en Pachter. De nog regerende Landjonker verdedigde haar titel. Ook Gildeheer Pastoor Joe was aan het begin van de middag van de partij en gooide ook een balletje mee. De dag eindigde om 17.00 uur met de installatie van de nieuwe Landjonker, Heerboer en Pachter. Volgens traditie hoort dat, als de voormalige Landjonker niet wint, deze met de nodige plichtplegingen wordt “begraven”. Deze dag wist Ben van de Rijdt de winst te behalen en werd geïnstalleerd als de nieuwe Landjonker, Ad Kools verdiende de titel van Heerboer en Jo van de Bogaard die van Pachter. Al met al een heel mooie dag voor het Gilde en tevens die van alle belangstellende.
Het Gilde houdt hun activiteiten bestaande uit het kruisboogschieten op wip (verticaal) en het Jeu de Boules op elke dinsdagavond. Belangstellenden daarvoor zijn welkom. Daarnaast is er nog het geweerschieten met andere Gildes uit de omgeving, het Vendelen, Bazuinblazen en Trommelen. EN JA ook deze vereniging kamt met een ledentekort, zeer jammer en dat voor een Cultuurhistorische vereniging / -erfgoed dat toch niet verloren mag gaan in onze mooie gemeenschap van Schijndel. Kom gewoon eens aan op de dinsdagavond. Men kan ook enkel en alleen steunend lid worden en een wekelijkse aanwezigheid is niet vereist.
Een klein stukje geschiedenis wat u als lezer in feite toch moet aanspreken. Schuttersgilden in Schijndel of wat is nu een Gilde?
In vroegere tijden bestonden er in Schijndel zeven Gilden (incl. twee uit Gemonde). De eerste Gilden worden genoemd aan het einde van de 13e eeuw, in Vlaanderen. De eerste schuttersgilden waren voetbooggilden, later schermers- en handbooggilden, zoals onder andere in ’s-Hertogenbosch. De voetboog was in Schijndel in 1603 goed bekend blijkt uit een akte, waarin staat: “als men ten tweemaelen met eenen stercken voetboghe soude connen overschieten”. Er schijnen nogal wat theorieën te zijn over de oorspronkelijke ontstaansgeschiedenis van schuttersgilden. Deze kunnen globaal in enkele groepen onderverdeeld worden, waarvan o.a.:
- Gilden die optreden als beschermers van de burgerij in tijden van onraad en oorlog of bij epidemieën of pestziekten.
- Gilden die hun oorsprong vinden in kerkelijke broederschappen.
De ontstaansgeschiedenis zou voort komen uit de “Kruistochten” (1096, 1147-1149, 1189-1192, daarna een 4e, 5e, 6e en een kinderkruistocht in 1212, waarna in 1291 het laatste christelijk bolwerk moest worden prijsgegeven) vooral in Vlaanderen en Brabant. De vele strijders immers kwamen in contact met andere culturen en gebruiken, keerden terug van deze kruistocht(en), verenigden zich en namen onder andere de bescherming van de burgers op zich. In het algemeen kan worden gesteld dat de noodzaak tot verdediging, het uitbreken van een pestepidemie en de behoefte aan gezelligheid, broederschap en sportbeoefening de voornaamste redenen waren voor het oprichten van een schuttersgilde in de 13e eeuw en later. Door gewijzigde tijdsomstandigheden en opvattingen ontstaan later nieuwe schuttersgilden uit kerkelijke broederschappen, en gaan tot onderling vermaak en saamhorigheid over tot het vogelschieten. De Gilden van nu zijn voornamelijk gezelligheidsverenigingen met bepaalde belangrijke taken, die – gelet op het bovenstaande - een cultuurhistorische achtergrond hebben. Hun belangrijkste taak voor de dorpsgemeenschap van heden is het naar buiten treden bij officiële gebeurtenissen. Sinds het midden van de 19e eeuw zijn er veel Gilden opgeheven, zoals ook in Schijndel. Een verklaring hiervoor moet worden gezocht bij de kerk, die de Gildeactiviteiten met lede ogen aanzag. Tot 1726 hielden deze gilden het koningschieten op kermismaandag. Volgens oude gegevens – kaart van H. Verhees uit 1803 - stond de schutsboom in de 18e eeuw op het pad dat parallel loopt aan de Boschweg, tussen Boschweg en Boskoopstraat. Ook hier moest de “Koning” een schild schenken aan het Gilde. Bij deze activiteiten waren alle schepenen van Schijndel aanwezig. Deze Gildes hadden veel leden, zelfs meer dan 120.