Schijndel - (Ingezonden bericht) Op 1 januari 2015 moet de Wet langdurige zorg (Wlz) ingaan. Een deel van die Wet zal door de zorgverzekeraars uitgevoerd gaan worden. Staatssecretaris Van Rijn en minister Schippers hebben hun forse bezuinigingen in de zorg steeds verdedigd met de toezegging dat daardoor de langdurige zorg voor de meest kwetsbaren behouden kan blijven. KBO-Brabant, belangenvereniging van ruim 130.000 senioren, constateert met ontzetting dat zorgaanbieders en zorgverzekeraars al over elkaar heen buitelen nog voordat de Tweede Kamer heeft ingestemd met de Wlz. De bezuinigingen op de totale zorg zouden bereikt worden door forse ingrepen in de lichtere vormen van zorg, ondersteuning en begeleiding via de Wmo 2015.
Belangrijkste element daarin is dat het compensatiebeginsel is afgeschaft. Dat betekent dat zorgvragers niet langer als vanzelfsprekend recht hebben op zorg; de gemeente gaat eerst onderzoeken wat de zorgvrager zelf, of met behulp van de eigen omgeving, kan oplossen. Op 9 juli 2014 stemde de Eerste Kamer in met de Wmo 2015, hetgeen betekent dat deze wet definitief per 1 januari 2015 in werking treedt.Het parlement behandelt in oktober de Wlz die per 1 januari 2015 volgens de plannen uitgevoerd zal gaan worden door de zorgverzekeraars. De Wlz is bedoeld voor kwetsbare ouderen en mensen met een beperking die blijvend 24 uur per dag zorg in de nabijheid en/of permanent toezicht nodig hebben. Zij zijn niet langer in staat om met ondersteuning van hun sociaal netwerk, gemeente of met verpleging en verzorging aan huis zelfstandig thuis te kunnen wonen. Het gaat bijvoorbeeld om kwetsbare ouderen en mensen met een lichamelijke, verstandelijke of zintuiglijke of mensen met een psychische stoornis. Ook op de langdurige zorg wordt bezuinigd, onder meer vanuit de aanname dat bureaucratie kan worden teruggedrongen en er efficiënter gewerkt kan worden in de zorg. Zo lijkt het zich vooralsnog echter niet te ontwikkelen.
De zorgverzekeraars moeten de bezuinigingen waarmaken in hun contracten met zorgaanbieders en hebben aangekondigd geen enkele financiële concessie te doen. Door de strop om de nek van de zorgaanbieders te leggen, zullen deze genoodzaakt zijn om maatregelen te nemen die linksom of rechtsom de meest zorgbehoevenden zullen treffen. Hetzij door het wegvallen van noodzakelijke zorg vanwege personeelstekort of opname-weigering. Hetzij door het onbetaalbaar worden van de zorg omdat de kosten in grote mate verhaald zullen moeten gaan worden op de zorgvrager (via een eigen bijdrage) of op het volk (via de zorgverzekeringspremie).
Vooralsnog zwijgen staatssecretaris Van Rijn en minister Schippers. Zij staan op het punt om het stuur voor de langdurige zorg uit handen te geven aan zorgverzekeraars, maar het dreigt op voorhand te mislukken. En het kan niet zo zijn dat de bewindslieden straks hun handen in onschuld wassen. De overheid is verplicht om haar beloften na te komen en kwetsbare burgers te beschermen. Als dat niet lukt in de vorm van een doorgeschoten beleid van marktwerking en commercie in de zorg, en daar lijkt het heen te gaan, dan dient de overheid haar verantwoordelijkheid (terug) te nemen.