Impuls voor Sterk Techniekonderwijs Noordoost-Brabant
Gepubliceerd: dinsdag 12 maart 2019 16:20
Regio – Vandaag 12 maart 2019 vindt er bij VanderLande in Veghel van 17.00 tot 19.00 uur een bijeenkomst plaats waarin bedrijfsleven, onderwijs en overheid de beoogde samenwerking zullen bekrachtigen. De regio Noordoost-Brabant gaat een stevige impuls geven aan het versterken van het technisch beroepsonderwijs. Samenwerking is daarbij het toverwoord: beroepsonderwijs, bedrijfsleven en overheid trekken samen op en leiden op voor de eigen regio. Daarbij wordt geprofiteerd van extra geld dat landelijk vrijgemaakt wordt voor technisch onderwijs. Die vorm van onderwijs is verhoudingsgewijs namelijk erg duur. En dat heeft geleid tot een substantiële financiële investering van 17 miljoen in deze regio vanuit het ministerie van OCW. Vanuit het regeerakkoord is daar structureel 100 miljoen in totaal voor beschikbaar gesteld.
Kwalitatief goed technisch talent nodig De regio Noordoost-Brabant is zeker in economische zin een sterke regio. Arbeidsmarktcijfers laten zien dat 25% van de werkzame middelbaar opgeleide beroepsbevolking in Noordoost-Brabant werkzaam is in een technisch beroep en tegelijkertijd geeft het bedrijfsleven duidelijk het signaal af dat ze ook voor de toekomst voldoende en kwalitatief goed technisch talent nodig heeft. Daar wordt op ingezet.
Samenwerking acht scholen Acht scholen voor beroepsgericht vmbo (Udens College, Fioretti College, Elde College, Bossche Vakschool, Cambium College, Baanderheren College, SG de Overlaat en Het Hooghuis) ontwikkelen op dit moment in samenwerking met twee ROC's (ROC de Leijgraaf en Koning Willem I College), het regionale bedrijfsleven en de provinciale en lokale overheid plannen om tegemoet te komen aan de vraag. Verder haakt ook nog een aantal scholen aan voor vmbo-t, praktijkonderwijs en vso.
Wat gaat er dan bijvoorbeeld gebeuren? • Het bestaande onderwijsaanbod van technisch beroepsonderwijs zal binnen de regio gehandhaafd blijven. Geen vanzelfsprekendheid nadat tijdens de economische recessie de leerlingaantallen terugliepen. Er wordt ingezet op de doelstelling om 1/3 deel van het totale leerlingaantal te laten instromen in een technische beroepsopleiding. Belangrijke voorwaarde daarbij is dat er voldoende toegeruste docenten zijn om deze vorm van onderwijs te kunnen verzorgen. • De faciliteiten voor het technisch onderwijs zullen up-to-date worden gemaakt. Technische leeromgevingen zijn relatief dure omgevingen. Met de extra financiële impuls is het mogelijk de leeromgeving eigentijds en toekomstgericht in te richten. • Leerlingen zullen binnen en buiten school in een meer innovatieve omgeving kennismaken met technische innovaties. Naast de traditionele maakindustrie (bouw, hout, metaal) gaat het ook om digitalisering, robotisering, VR- en ARtechnieken, 3D-printing en -scans etc. • Organiseren van stages, gastlessen en bedrijfsbezoeken door het bedrijfsleven voor leerlingen van het vmbo en mbo. • Scholing en professionalisering in gezamenlijkheid aanpakken: leerlingen en docenten leren van en met elkaar: vmbo, mbo en bedrijfsleven. • Inzetten op het vergroten van de instroom richting techniek vanuit vmbo-t en daar het onderwijs ook op inrichten. • Samenwerking met het basisonderwijs versterken met het oog op het promoten van techniek en technologie voor kinderen. • Meer en betere aandacht voor loopbaanoriëntatie in het basisonderwijs en in het voortgezet onderwijs.
Werken bij bedrijven in de regio De relatie tussen het voortgezet onderwijs en bedrijfsleven in Noordoost-Brabant is goed. Al gaat het voor de bedrijven, in deze tijd van voorspoed, op school vaak niet snel genoeg. Wat scholen voor bedrijven kunnen betekenen is gebaseerd op lange termijn en is niet direct zichtbaar. Het effect van de inzet is dat studenten uit Noordoost-Brabant uiteindelijk ook solliciteren en gaan werken bij bedrijven in de regio. Vooral ook omdat ze tijdens hun periode in het basisonderwijs, voortgezet onderwijs en mbo hebben gezien welke kansen er liggen. Bedrijven investeren mee in leerlingen en in het onderwijs om daar later profijt van te hebben.